In een arbeidersstadje ten westen van Londen krabbelt een schoolmeisje, betoverd door de eerste vonken van haar verbeelding, verhalen achter in haar oefenschrift. Terwijl ze opgroeit verandert alles en iedereen in brandstof voor haar vurige talent. De grote Russische man met de kleine bruine auto die rondloopt in de supermarkt waar ze als caissière werkt en die haar een exemplaar toestopt van Jenseits von Gut und Böse. De toenemende stapels met andere boeken waarin ze zichzelf verliest en vindt. Zelfs het op een verwoestende manier ontsporen van een vriendschap. De opwinding waarmee ze personages en scenario's in haar hoofd oproept, wordt geëvenaard door de vreugde waarmee ze haar eigen weg door de wereld creëert.
Kassa 19 is een levendige en betoverende reis door de kleine trauma's en triomfen die ons definiëren — als lezers, als schrijvers, als mensen.
Claire-Louise Bennett is de auteur van Pond, dat op de shortlist stond van de Dylan Thomas Prize, en ze won de White Review Short Story Prize. Haar verhalen en essays zijn gepubliceerd in The New York Times Magazine, Harper's en andere tijdschriften. Ze woont in Galway, Ierland.
'Kassa 19 laat je knock-out achter.' Knack *****
'Briljant proza dat reist naar het eind van de nacht en terug.' De Standaard *****
'Op volstrekt eigenzinnige, maar ook briljante wijze vertelt Claire-Louise Bennett in Kassa 19 het verhaal van een vrouw en haar boeken.' De Morgen *****
'Boekenliefhebbers en dagdromers aller landen, koop dit onovertroffen eerbetoon aan lezen en schrijven in honderdvoud, en leg het overal te vondeling.' Humo *****
'Net als na een intens gesprek met een geliefde, of met je psychiater, is het onmogelijk om precies te vertellen wat je hebt meegemaakt na het lezen van Kassa 19. Het is een wild, ongrijpbaar, huiveringwekkend goed boek.' De Groene Amsterdammer
'Een fascinerend en schokkend origineel verhaal over een lezeres die schrijfster wordt.' Ilja Leonard Pfeijffer
'Bennett schrijft als niemand anders. Ze is een zeldzaam talent en Kassa 19 is een magistrale roman.' Karl Ove Knausgård